Buitenhof over De Grote Problemen
Op zondag 25 augustus 2018 sprak een uitgelezen gezelschap van wetenschappers en denkers, aan tafel bij Jort Kelder, over De Grote Problemen van deze tijd en de naaste toekomst. Mijn aanvankelijke belangstelling sloeg al snel om in verbazing en ergernis. Met een vanzelfsprekend dedain werden groepen mensen ‘overbodig’ verklaard en religie onnozel, achterhaald en nutteloos. De oplossing van De Grote Problemen zou komen van technologie en kunstmatige intelligentie. Tenminste, als de inzet en toepassing daarvan moreel verantwoord zou zijn en zou bijdragen aan zingeving. Zo’n moreel kader zou het beste direct ingebed kunnen worden in de software van deze technologie: efficiënt en een garantie tegen misbruik.
Neem me niet kwalijk. Wat een – hopelijk onbedoelde – kortzichtigheid, betweterigheid en arrogantie. Hebben deze wetenschappers er al eens over nagedacht wie in vredesnaam zo’n moreel kader moet ontwerpen? En waar halen ze de hoogmoed vandaan om anderen als ‘overbodig’ of ‘onnozel’ te bestempelen? Zijn zij er überhaupt van op de hoogte dat zo’n 85% van de wereldbevolking religieus is? Hebben ze er weleens bij stilgestaan dat religie, zingeving en moraliteit voor de meeste mensen innig vervlochten zijn? Hebben ze enig idee van de inbreng van de wereldreligies in het (inter)nationale sociaal-politiek-economische debat over De Grote Problemen: de groeiende kloof tussen arm en rijk, de grenzen van het neoliberalisme, het migrantenvraagstuk, de gevaren van bepaalde technologische ontwikkelingen (bijv. gentech, robotkillers), klimaatverandering en meer? En last but not least: hebben ze er weleens aan gedacht De Grote Problemen van de andere kant te bekijken, die van de slachtoffers?
Wetenschappers, kom uit jullie ivoren toren. Kijk naar de echte wereld: die van mensen die niet te eten hebben, geen onderwijs krijgen, vluchten voor oorlog en geweld en voor de gevolgen van klimaatverandering. Jullie technologische dromen komen voor hen van een andere planeet. Technologie en kunstmatige intelligentie zullen best nuttig zijn, maar deze mensen hebben daar niets aan want zij kunnen die niet betalen. Alleen als de rijke landen bereid zouden zijn hun technologie óók beschikbaar te stellen aan ‘afgeschreven’ landen, is er hoop op oplossingen. Maar daarvoor is een enorm ‘omdenken’ nodig: iedere vorm van delen van technologie, en van welvaart in het algemeen, is tot nu toe immers een no-go area geweest. Toch zullen we die kant op moeten. Want de meest eerlijke, rationele én efficiënte manier om naar de wereldproblemen te kijken, is kijken met de ogen van het slachtoffer. Kijken met het hart heet dat, en dat creëert empathie en compassie. Moraliteit, zingeving én creatieve oplossingen, zoals het delen van technologie, komen dan vanzelf.
Amsterdam, 27 augustus 2018
Marijke van Duin